Deurne haalt de Wall Street Journal

In het begin van de zomervakantie werd het grootste insectenhotel van het land (11 m.) ingehuldigd op de begraafplaats Ruggeveld in Deurne. Dit nieuws haalde eergisteren de kolommen van de The Wall Street Journal in de VSA.

De Amerikaanse krant wist te vertellen dat Deurne, volgens The Wall Street Journal een kleine stad net buiten Antwerpen in België, een hotel heeft gebouwd dat niet is bedoeld om zakenmensen of toeristen te lokken. Maar dat zich richt op kevers, pissebedden, zweefvliegen, vlinders en bijen. Het insectenhotel van Deurne maakt volgens de krant deel uit van een trend in Europa om innovatieve manieren te vinden om de biodiversiteit te behouden en het bewustzijn vergroten. Een trend die in de afgelopen jaren is ontstaan, toen groene politieke partijen in heel Europa aan de macht kwamen, en milieukwesties op de voorgrond kwamen.

De krant wijst er op dat dat insecten een sleutel zijn tot biodiversiteitsinspanningen die gericht zijn op de bescherming van planten, dieren en ecosystemen. Want 3/4 van de wereldwijde gewassen en bijna 90% van de wilde planten zijn afhankelijk van dierlijke bestuivers zoals bijen. Insectenpopulaties zijn de afgelopen decennia sterk gedaald, getroffen door industriële landbouw, ontbossing en extreme weerspatronen. Vandaar dat wetenschappers, natuurorganisaties en lokale gemeenschappen samenwerken om habitats voor insecten te bouwen.

Grappig detail: het insectenhotel van 11 meter lang is in de Amerikaanse krant uitgegroeid tot een constructie van 36 meter.