Harde woorden op de districtsraad over de oorlog in Oekraïne
Een motie over de oorlog in Oekraïne liet in de districtsraad van Deurne de emoties hoog oplaaien en leidde tot een bitsig debat.
Districtsraadslid Malgorzata Zgnilec (N-VA) diende namens haar fractie een voorstel tot motie in over Oekraïne. Vanuit haar Poolse afkomst voelt Zgnilec zich erg betrokken op de oorlog die woedt in het buurland van haar land van herkomst. Zgnilec: “ Deze inval is de grootste militaire operatie in een Europees land sinds de Tweede Wereldoorlog. Als district waar we recent een vredesmoment plaatsten, willen wij elke vorm van geweld en agressie tegenover anderen veroordelen.” Het raadslid riep dan ook op tot steun met de Oekraïense bevolking en om de vijandlijkheden stop te zetten. Districtsraadslid Kristof Vissers (PVDA) bevestigde dat oorlog ten koste gaat van gewone mensen. Hij vroeg de verschillende fracties om hun respectievelijke partijen en nationale mandatarissen op te roepen om te handelen. Vissers: “Er is een VN-verdrag dat kernwapens verbiedt en dat ondertekend is door 122 landen maar niet door België. Dat is in de huidige situatie onvergeeflijk.”
De ene vluchteling is de andere niet
Districtsraadslid Mathijs Post (Groen) stelden dat wij allen verontwaardigd zijn en terecht. “Maar” zo zei hij “Toen ik het voorstel kreeg moest ik een beetje walgen. Politici van partijen waaronder N-VA, deden hun uiterste best om mensen op de vlucht te ontmenselijken. Vandaag roepen diezelfde politici op om mensen op te vangen, terwijl zij kort geleden mensen lieten vervolgen omdat ze vluchtelingen hielpen. Partijen bouwden de opvang af, omdat de asielzoekers niet de juiste kleur of geloof hadden. Ze werden weggezet als profiteurs of gelukzoekers.” Post besloot: “Wij vinden het goed dat het districtscollege zich uitspreekt tegen de invasie van Rusland in Oekraïne, maar wel als het zijn eigen leiders aanspreekt over het beleid en polarisatie van de afgelopen jaren. En zich uitspreekt tegen al het geweld in de wereld, zoals in Palestina, Yemen, Myanmar, Afghanistan, Ethiopië, Soedan, het geweld tegen Oeigoeren…” Ook raadslid Arbër Halili (Groen) die in 1994 als vluchteling naar België is gekomen, zag in het voorstel tot motie een politiek spel. Halili: “Vlaanderen heeft nu al 18000 plaatsen terwijl twee jaar geleden er nergens plek was.”
Solidair met een land in oorlog maar zelf onderling verdeeld
Districtsraadslid Meredith Sarpongmaa Agyin (Vooruit) wilde zich vooral richten op de opvang en opvolging van alle vluchtelingen in Deurne. Tenslotte nam districtsschepen Philip Van Acker (N-VA) het woord. Hij antwoordde in een eerste deel in naam van het districtscollege: “Met deze motie willen we onze solidariteit betonen als mens en willen we laten zien dat we verontwaardigd zijn met de situatie in Oekraïne en eveneens met de situatie in Rusland zelf. En we willen dat de vijandlijkheden onmiddellijk worden gestaakt. Kortom, wij vragen om de internationale rechtsregels te respecteren. En we willen als district meer doen als het er meer duidelijkheid komt.” Dan werd de schepen persoonlijk: “Ik heb harde woorden gehoord. Wij willen allen in deze raad laten zien dat we solidair zijn met een land in oorlog. Maar de kleine tegenstellingen hier in deze raad kunnen we niet overwinnen. U wilt allen grote woorden prediken tegen de oorlog maar u kan zelf niet overeen komen in deze raad over een punt over het volgen van de internationale rechtsregels.”
Recente reacties